Uitspraak in het Plat: /bʊdəlʃɪp/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Bud·del·schipp
Pluralis: Bud­del­scheep n dat Bud­del­schipp
[1]
geavanceerde woordenschat
Nederlands:
Engels:
Duits:
Voorbeelden:
He hett en poor Maand an sien Buddelschipp seten.

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: Buddel + Schipp