Uitspraak in het Plat: /iːzn̩kɔu̯kn̩/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Ie·sen·ko·ken
Pluralis: Ie­sen­ko­ken m de Ie­sen­ko­ken
Pluralis: Ie­sen­ko­kens m de Ie­sen­ko­ken
[1]
perifere woordenschat
Nedersaksisch:
Nederlands:
Duits:

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: Iesen + Koken