Uitspraak in het Plat: /ɡɾɔu̯tmast/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Groot·mast
Pluralis: Groot­mas­ten m de Groot­mast
[1]
perifere woordenschat
Nedersaksisch:
Nederlands:
Engels:
Duits:

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: groot + Mast