zelfstandig naamwoord
Afbreking: Stipp·fatt
Pluralis: Stipp­fäät n dat Stipp­fatt Noord-Nedersaksisch
Pluralis: Stipp­fat­ten n dat Stipp­fatt Friesen-groep
[1]
perifere woordenschat

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: stippen + Fatt