Uitspraak in het Plat: /slaxtɐ/ 🔊︎
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Slach·ter
Pluralis: Slach­ters m de Slach­ter
[1]
geavanceerde woordenschat
Voorbeelden:

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: slachten + -er