Uitspraak in het Plat: /dɛt͡sɛmbɐmɔːnt/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: De·zem·ber·maand
Niet gebruikt het pluralis m de De­zem­ber­maand
[1]
perifere woordenschat
Nedersaksisch:
Nederlands:
Engels:
Duits:
Voorbeelden:
De Adventstiet liggt in’n Dezembermaand.

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: Dezember + Maand