zelfstandig naamwoord
Afbreking: Man·gel
Niet gebruikt het pluralis m de Man­gel
[1]
geavanceerde woordenschat
Nedersaksisch:
Nederlands:
Engels:
Duits:
Voorbeelden:

Etymologie:

Woord afgeleid van: mangeln
Identieke woorden ››› Mangel ❔︎