Uitspraak in het Plat: /knakblɔːˑz/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Knack·blaas
Pluralis: Knack­bla­sen f de Knack­blaas
[1]
geavanceerde woordenschat

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: knacken + Blaas