Uitspraak in het Plat: /bʊsn̩va͡ɐk/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Bus·sen·wark
Pluralis: Bus­sen­war­ken n dat Bus­sen­wark
[1]
perifere woordenschat
Nedersaksisch:

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: Bussen + Wark