Uitspraak in het Plat: /pɾuːdəlɪç/
bijvoegelijk naamwoord
Afbreking: pru·de·lig
prudeliger prudeligst
[1]
geavanceerde woordenschat
Nedersaksisch:
Nederlands:
Engels:
Duits:

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: prudeln + -ig