Uitspraak in het Plat: /afstɾɛːpəln/
werkwoord
Afbreking: af·stre·peln
[1]
kaart kaart tonen
geavanceerde woordenschat
actief
Nedersaksisch:
dör Strepeln afmaken
Duits:
abstreifen

Werkwoordvormen:

infinitief:
af­stre­peln
voltooid deelwoord:
af­stre­pelt
ik
du
he/se/dat
wi
ji
se
tegenwoordig:
ik stre­pel af
du stre­pelst af
he/se/dat stre­pelt af
wi stre­pelt af
ji stre­pelt af
se stre­pelt af
verleden:
ik stre­pel af
du stre­pelst af
he/se/dat stre­pel af
wi stre­peln af
ji stre­peln af
se stre­peln af
voltooid:
ik heff af­stre­pelt
du hest af­stre­pelt
he/se/dat hett af­stre­pelt
wi hebbt af­stre­pelt
ji hebbt af­stre­pelt
se hebbt af­stre­pelt
conjunctief:
ik stre­pel af
du stre­pelst af
he/se/dat stre­pel af
wi stre­peln af
ji stre­peln af
se stre­peln af
imperatief:
stre­pel af!
stre­pelt af!

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: af + strepeln
Rijmwoorden
Plattmakers Plattmakers is een Nedersaksisch woordenboek dat ook vertalingen in verschillende talen biedt. Krijg meer informatie.