Uitspraak in het Plat: /ʃɔːbɛln̩kɔp/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Scha·bel·len·kopp
Pluralis: Scha­bel­len­köpp m de Scha­bel­len­kopp
[1]
perifere woordenschat
Nedersaksisch:
Nederlands:
Engels:
Duits:

Etymologie:

Woord afgeleid van: Kopp