Uitspraak in het Plat: /uːtɾɔu̯pɐ/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Ut·ro·per
Pluralis: Ut­ro­pers m de Ut­ro­per
[1]
geavanceerde woordenschat
Nedersaksisch:
een, de in en Oort Saken offiziell bekannt gifft
Duits:

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: ut + Roper