Uitspraak in het Plat: /lantɾɔːt/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Land·raat
Pluralis: Land­rääd m de Land­raat
[1]
geavanceerde woordenschat
Nedersaksisch:
Nederlands:
Duits:
Voorbeelden:
Toern Week warrt de Landraat nee wählt.

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: Land + Raat