- kräänsch
(/ˈkɾɛːnʃ/, adjectief, Nedersaksisch)
Comparatief/Superlatief:
kräänscher,
kräänschst
[1]
groen: wordt er gebruikt;
rood: wordt er niet gebruikt;
wit: geen informatie
60. Oost-Mekelbörgsch
Carl Friedrich Müller: Reuter-Lexikon. Sied 73
Betekenis:
Nedersaksisch:
- stolt[b/v]
[2]
groen: wordt er gebruikt;
rood: wordt er niet gebruikt;
wit: geen informatie
60. Oost-Mekelbörgsch
Carl Friedrich Müller: Reuter-Lexikon. Sied 73
[3]
groen: wordt er gebruikt;
rood: wordt er niet gebruikt;
wit: geen informatie
[4]
groen: wordt er gebruikt;
rood: wordt er niet gebruikt;
wit: geen informatie