Uitspraak in het Plat: /mɪdəlfɪŋɐ/ 🔊︎
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Mid·del·fin·ger
Pluralis: Mid­del­fin­gern m de Mid­del­fin­ger Noord-Nedersaksisch, Oostfaals, Mecklenburgisch
Pluralis: Mid­del­fin­gers m de Mid­del­fin­ger Noord-Nedersaksisch
[1]
geavanceerde woordenschat
Nedersaksisch:
Nederlands:
Engels:
Duits:
Voorbeelden:
He hett mi den Middelfinger wiest.

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: middel + Finger