Uitspraak in het Plat: /buːtn̩klyːvɐ/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Bu·ten·klü·ver
Pluralis: Bu­ten­klü­vers m de Bu­ten­klü­ver
[1]
perifere woordenschat
Nedersaksisch:
Nederlands:
Engels:
Duits:

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: buten + Klüver