Uitspraak in het Plat: /møːln̩fløːɡəl/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Möh·len·flö·gel
Pluralis: Möh­len­flö­gels m de Möh­len­flö­gel
[1]
geavanceerde woordenschat
Nedersaksisch:
Nederlands:
Engels:

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: Möhl + Flögel