Uitspraak in het Plat: /blɔːzmuːziːk/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Blaas·mu·sik
Niet gebruikt het pluralis f de Blaas­mu­sik
[1]
geavanceerde woordenschat
Nedersaksisch:
Nederlands:
Engels:
Duits:
Voorbeelden:
Blaasmusik mag ik to geern hören!

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: blasen + Musik