Uitspraak in het Plat: /spɾʏtn̩/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Sprüt·ten
Pluralis: Sprüt­ten m de Sprüt­ten
[1]
kaart kaart tonen
geavanceerde woordenschat
actief
Nedersaksisch:
Klacks von wat, wat sprütt
Nederlands:
spat
spetter
Engels:
fleck
Duits:
Spritzer
Voorbeelden:
He is mit dat Fohrrad dör de Pütt föhrt, dat em de Sprütten in’t Gesicht flögen.
afbeelding, dat de onderbetekenis illustreerd

Etymologie:

Woord afgeleid van: sprütten

Samengesteld woorden:

Sprüttenfanger
Rijmwoorden
Identieke woorden ››› sprütten ❔︎
Plattmakers Plattmakers is een Nedersaksisch woordenboek dat ook vertalingen in verschillende talen biedt. Krijg meer informatie.