zelfstandig naamwoord
Afbreking: Hü·sen
Niet gebruikt het pluralis f de Hü­sen
[1]
geavanceerde woordenschat
Nedersaksisch:
Nederlands:
Engels:
Duits:
Voorbeelden:

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: Huus + -en
Identieke woorden ››› husen ❔︎