Uitspraak in het Plat: /bʏltɾɔɡ/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Bült·rogg
Niet gebruikt het pluralis m de Bült­rog­g
[1]
perifere woordenschat
Nedersaksisch:
Duits:

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: Bült + Rogg