Uitspraak in het Plat: /kɪnɐhaftɪç/
bijvoegelijk naamwoord
Afbreking: kin·ner·haf·tig
kinderhaftiger kinderhaftigst
[1]
perifere woordenschat
Nedersaksisch:
Engels:
Duits:
Voorbeelden:
Nu stell di nich so kinnerhaftig an!

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: Kind + -haftig