Uitspraak in het Plat: /ka͡ɐtɛː͡ɐ/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Kar·teer
Pluralis: Kar­teers n dat Kar­teer
[1]
perifere woordenschat
Nedersaksisch:
Nederlands:
Engels:
Duits:

Etymologie:

Woord afgeleid van: -eer