Uitspraak in het Plat: /ɾɪçtkɾɔˑu̯n/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Richt·kroon
Pluralis: Richt­kro­nen f de Richt­kroon
[1]
geavanceerde woordenschat
Nedersaksisch:
Duits:

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: richten + Kroon