Uitspraak in het Plat: /aʊ̯stkœst/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Aust·köst
Pluralis: Aust­kös­ten f de Aust­köst
[1]
perifere woordenschat

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: Aust + Köst