Uitspraak in het Plat: /zuːpəɾɛɪ̯/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Su·pe·ree
Pluralis: Su­pe­re­en f de Su­pe­ree
[1]
geavanceerde woordenschat
Nedersaksisch:
Nederlands:
Engels:
Duits:

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: supen + -er + -ee