Uitspraak in het Plat: /kɾankn̩bəzøːy̯k/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Kran·ken·be·söök
Pluralis: Kran­ken­be­sö­ken m de Kran­ken­be­söök
[1]
geavanceerde woordenschat
Nedersaksisch:
Nederlands:
Engels:
Duits:

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: krank + Besöök