Uitspraak in het Plat: /slankkɾuːt/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Slang·kruut
Pluralis: Slang­krü­der n dat Slang­kruut
[1]
geavanceerde woordenschat
biologische species
Nedersaksisch:
Duits:

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: Slang + Kruut