Uitspraak in het Plat: /kɾiːçsfɔlk/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Kriegs·volk
n dat Kriegs­volk
[1]
geavanceerde woordenschat
Nedersaksisch:
Nederlands:
Engels:
Duits:

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: Krieg + Volk