Uitspraak in het Plat: /slʊmpslaç/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Slump·slag
Pluralis: Slump­slääg m de Slump­slag
[1]
geavanceerde woordenschat
Nedersaksisch:
Nederlands:
Engels:
[2]
geavanceerde woordenschat
Nedersaksisch:
Nederlands:
Duits:

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: Slump + Slag