Uitspraak in het Plat: /fɪʃtʏftn̩/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Fisch·tüf·ten
exclusief gebruikt in het pluralis f de Fi­sch­tüf­ten
[1]
perifere woordenschat
Nedersaksisch:

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: Fisch + Tüft