Uitspraak in het Plat: /smœɪ̯kɐhɔu̯stn̩/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Smö·ker·hoos·ten
Pluralis: Smö­ker­hoos­ten m de Smö­ker­hoos­ten
[1]
perifere woordenschat
Nedersaksisch:
Nederlands:
Engels:
Duits:
Voorbeelden:
He weer lang Smöker un hett nu dullen Smökerhoosten.

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: Smöker + Hoosten