Uitspraak in het Plat: /bɪlɪçmɔːkɐ/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Bil·lig·ma·ker
Pluralis: Bil­lig­ma­kers m de Bil­lig­ma­ker
[1]
perifere woordenschat
Nedersaksisch:
Pik Buur
Nederlands:
Duits:

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: billig + Maker