Uitspraak in het Plat: /dɛɪ̯ɡɪç/
bijvoegelijk naamwoord
Afbreking: de·gig
degiger degigst
[1]
geavanceerde woordenschat
Nedersaksisch:
von en Kunsistenz as Deeg
Nederlands:
Engels:
Duits:

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: Deeg + -ig