Uitspraak in het Plat: /stɛɪ̯nklɔpɐ/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Steen·klop·per
Pluralis: Steen­klop­pers m de Steen­klop­per
[1]
perifere woordenschat
Nedersaksisch:
Duits:

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: Steen + kloppen + -er