[1]
basiswoordenschat
Nedersaksisch:
Pronomen Nominativ maskulin Eentall
Engels:
who
Duits:
der
[2]
basiswoordenschat
Nedersaksisch:
Demonstrativpronomen maskulin Eentall
Duits:
der

Etymologie:

Woord afgeleid van: de
Identieke woorden ››› de ❔︎ de ❔︎ de ❔︎ de ❔︎