Uitspraak in het Plat: /haʊ̯hʏpɐ/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Hau·hüp·per
Pluralis: Hau­hüp­pers m de Hau­hüp­per
[1]
perifere woordenschat
biologische species

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: Hau + hüppen + -er