Uitspraak in het Plat: /afɡʏnstɪç/
bijvoegelijk naamwoord
Afbreking: af·güns·tig
afgunstiger afgunstigst
[1]
perifere woordenschat
Nedersaksisch:
Duits:

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: Afgunst + -ig