Uitspraak in het Plat: /zɔltflɛɪ̯ʃ/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Solt·fleesch
Niet gebruikt het pluralis n dat Solt­flee­sch
[1]
geavanceerde woordenschat
Nedersaksisch:
Nederlands:
Engels:
Duits:

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: Solt + Fleesch