Uitspraak in het Plat: /ɡlɔu̯t/

zelfstandig naamwoord

Niet gebruikt het pluralis f de Gloot

[1]

kaart tonen

geavanceerde woordenschat

actief

kaart voor onderbetekenis [1] van „Gloot”

bekend

onbekend

bekend in de dialectgroep

onbekend in de dialectgroep

onbepaald

🛈 Over de kaarten

								Zuid-Oost-Friesland:
								Heide Braukmüller: Wörtersammlung zur niederdeutschen Sprache auf den Ziegeleien des Rheiderlandes. Dr. Reinhard, Leer 1998, ISBN 3-927-139-38-6
							

Oldenburg: Artur vor Mohr: Vocalstand des oldenburgischen Niederdeutsch. Soltau, Norden 1904, pagina 22 PDF, 1,6 MB

Bielefeld: Olaf Bordasch: Wörterverzeichnis zu Heinrich Stoltes Bauernhof und Mundart in Ravensberg. pagina 27 PDF, 1,8 MB

Waldeck: Karl Bauer: Waldeckisches Wörterbuch nebst Dialektproben. 1902, Wörterliste, pagina 40 PDF, 25,4 MB

Holsteiner jüm-gebied: Boysen van Nienkarken: Leeder und Stückschen in Ditmarscher Platt. Brockhaus, Leipzig, 1865, pagina 298 PDF, 3,1 MB

								Stader Geest:
								Marcus Buck: getuigd door mondelinge bronnen op de Stader Geest
							

Zuidwest-Ostfalen: Jahrbuch des Vereins für niederdeutsche Sprachforschung, jaargang 1908, pagina 65 PDF, 6,9 MB

Oost-Mecklenburg: Carl Friedrich Müller: Reuter-Lexikon. Leipzig 1905, Hesse & Becker Verlag, pagina 46 PDF, 5,1 MB

								Belzig-Teltow:
								Willy Lademann: Wörterbuch der Teltower Volkssprache. Akademie-Verlag, Berlin 1956, pagina 24
							

								Midden-Küstenpommersch:
								Robert Laude: Hinterpommersches Wörterbuch des Persantegebiets. Böhlau, Köln 1995, ISBN 3-412-05995-1, pagina 137
							

Nedersaksisch:

Füür ahn Flamm

Nederlands:

gloed

Engels:

embers

Duits:

Glut

afbeelding, dat de onderbetekenis illustreerd

Nxr-at, CC BY-SA 4.0

Samengesteld woorden:

glootnee

Rijmwoorden

Plattmakers is een Nedersaksisch woordenboek dat ook vertalingen in verschillende talen biedt. Krijg meer informatie.

Gloot in het Nedersaksisch

Samengesteld woorden: