Uitspraak in het Plat: /ʃøːy̯vəl/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Schö·vel
Pluralis: Schö­vels m de Schö­vel
[1]
geavanceerde woordenschat
Nedersaksisch:
Nederlands:
Engels:
Duits:

Etymologie:

Woord afgeleid van: schöveln