Uitspraak in het Plat: /ɡɛdiːɡn̩/
bijvoegelijk naamwoord
Afbreking: ge·die·gen
gediegener gediegenst
[1]
geavanceerde woordenschat
Nedersaksisch:
Nederlands:
Engels:
odd
Duits:
Voorbeelden:
He is en ganz gediegen Minsch.

Etymologie:

Woord afgeleid van: ge-