Uitspraak in het Plat: /dɛɪ̯nstfɔlk/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Deenst·volk
Niet gebruikt het pluralis n dat Deenst­volk
[1]
geavanceerde woordenschat
Nedersaksisch:
Duits:

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: Deenst + Volk