werkwoord
Afbreking: na·ten
[1]
perifere woordenschat
Nedersaksisch:
Nederlands:
Engels:
Duits:

Werkwoordvormen:

infinitief:
na­ten
voltooid deelwoord:
naat
dat
tegenwoordig:
dat naat
verleden:
dat naat
voltooid:
dat hett naat
conjunctief:
dat naat