Uitspraak in het Plat: /spɔː͡ɐbʏs/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Spoor·büss
Pluralis: Spoor­büs­sen f de Spoor­büss
[1]
geavanceerde woordenschat
Nederlands:
Engels:
Duits:

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: sporen + Büss