Uitspraak in het Plat: /bɾɔu̯dɐjʊŋ/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Bro·der·jung
Pluralis: Bro­der­jun­gs m de Bro­der­jun­g West-groep, Noord-Nedersaksisch, Märkisch
Pluralis: Bro­der­jun­gen m de Bro­der­jun­g
[1]
perifere woordenschat
Nedersaksisch:
Nederlands:
Engels:

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: Broder + Jung