Uitspraak in het Plat: /dansplat͡s/
zelfstandig naamwoord
Afbreking: Dans·platz
Pluralis: Dans­plätz m de Dans­platz
[1]
perifere woordenschat
Nedersaksisch:
Engels:
Duits:

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: dansen + Platz