Uitspraak in het Plat: /ʃiːtɪç/
bijvoegelijk naamwoord
Afbreking: schie·tig
schietiger schietigst
[1]
geavanceerde woordenschat
Nedersaksisch:
Engels:
Duits:

Etymologie:

Samengesteld woord gevormd door: Schiet + -ig