Wöörbook
verdere vertaling voorstellen
Heeg
(
/
ˈhɛːˑç
/
,
substantief
,
Nedersaksisch
)
Heeg
[1]
Dialektinformationen:
groen: wordt er gebruikt;
rood: wordt er niet gebruikt;
wit: geen informatie
49. Emslandsch
Hermann Schönhoff:
Emsländische Grammatik.
Carl Winter, Heidelberg 1908, Sied 135
95. Hamm-Iserlaunsch
Heinrich Beisenherz:
Vokalismus der Mundart des nordöstlichen Landkreises Dortmund.
Noske, Borna-Leipzig 1907, Sied 39
Betekenis:
Nedersaksisch:
Tuun
ut
Strüker
Engels:
hedge
gem
Duits:
Hecke
gem
Zoek:
Plattdüütsch
Nederlands
Deutsch
English
Woordenboek
·
Comics
·
Nieuws